We weten allemaal dat artsen en verpleegkundigen een apparaat gebruiken, namelijk deze infuus-cannules en catheters om de ader van een patiënt te vinden. Ze worden breedweg in ziekenhuizen en klinieken gebruikt omdat ze verschillende processen uitvoeren. Hoewel ze mogelijk gelijk lijken, bestaan er belangrijke verschillen tussen IV-cannules en catheters die elk gereedschap uniek nuttig maken voor een bepaalde situatie.
Een IV-kannula is een zeer dun, klein buisje dat via een naald in de ader wordt geplaatst. Dit proces duurt meestal kort en is bedoeld voor tijdelijke toepassingen, waardoor het maar enkele dagen in de vingerader kan blijven. De situatie kan zich voordoen wanneer artsen snel medicijnen, infusievloeistoffen of voedingsstoffen moeten toedienen en daarvoor een AD-kannula gebruiken. Opmerkelijk is dat een katheter een langere en flexibeler buis is die in een van de grotere aderen wordt geplaatst. Katheters kunnen weken of zelfs maanden worden gebruikt en zijn dus een goede optie wanneer de patiënt continu behandeling krijgt.
Er zijn verschillende voordelen van IV-kannula's, maar laat me je één algemene feit vertellen. Ze kunnen worden geplaatst in kleine aderen en zijn relatief minder pijnlijk dan traditionele IV's. De meeste mensen prefereren ze, omdat ze geen hechtingen of verband vereisen. Het gebruik van IV-kannula's heeft echter ook enkele belangrijke nadelen. Hun werking is kortdurend omdat ze slechts een beperkte tijd in het lichaam mogen blijven. Een IV-kannula kan ook moeilijk veilig te verwijderen zijn nadat hij is ingebracht.
Tegenwoordig zijn katheters zeer effectief voor personen die een verlengde periode van behandeling nodig hebben. Studies hebben aangetoond dat ze enkele weken kunnen duren, wat aantrekkelijk is voor patiënten die behandelingen zoals chemotherapie of dialyse ondergaan. Omdat ze ver naar beneden in de bloedstroom worden geplaatst, zijn katheters ook veel meer een veiligheidszorg. De eigenlijke invoeging van de katheter kan behoorlijk pijnlijk zijn, hoewel er mogelijk ook een chirurgische of andere speciale procedure voor nodig is. Dit kan het ongemak dat sommige patiënten ervaren vergroten. Tevens moeten gebruikers van katheters extra stappen ondernemen — bijvoorbeeld regelmatig wassen — om te voorkomen dat een infectie ontstaat.
Het verwijderen van een katheter is net zo gecompliceerd als het verwijderen van een IV-canule. De verpleegkundige trekt zachtjes aan de katheter om deze uit je ader te halen, zoals bij een IV-canule, en drukt op de plek waar hij binnenkomt om bloeding te voorkomen. Maar omdat katheters worden ingebracht, zijn sommige types na verwijdering mogelijk hechting of een verband nodig om de steekplaats af te sluiten.
Ze worden breed gebruikt in ziekenhuizen en praktijken voor korte-termijn medische behoeften zoals IV-canules. Ze helpen gezondheidszorgmedewerkers medicijnen, vloeistoffen of andere essentiële stoffen snel en efficiënt toe te dienen aan patiënten. Naast toediening kunnen IV-canules ook worden gebruikt voor bloedtests of andere diagnostische metingen die directe vaattoegang vereisen.
Catheters worden anderzijds voornamelijk gebruikt om personen te helpen die langdurige toegang tot aderen nodig hebben. patiënten die door chemotherapie, dialyse of langdurige antibiotica heen gaan. Catheters kunnen ook worden gebruikt om bijvoorbeeld bloeddruk te meten of meerdere bloedmonsters te nemen zonder elke keer een nieuwe naald in te zetten.